Europa 1982 - 1994

In 1976 had het CDA met andere partijen de Europese Volkspartij (EVP) opgericht. Oud-CDA-voorzitter Piet Bukman was hiervan in de jaren 1985-1987 voorzitter. Binnen de EVP kwam het CDA nogal eens in botsing met de Christlich Demokratische Union (CDU), die fel antisocialistisch was. Om de grootste partij in het Europees Parlement te worden, moest de EVP en haar fractie volgens de CDU open staan voor conservatieve partijen uit het Verenigd Koninkrijk en Scandinavië, en voor de Franse gaullisten. Het CDA verzette zich samen met de Belgische en Italiaanse christendemocraten hiertegen. Zij vreesden dat dit ten koste zou gaan van de christendemocratische identiteit van de EVP, maar verloren het pleit.

Als gevolg van de uitbreiding van de Europese Gemeenschap (EG) in de jaren tachtig met Griekenland, Portugal en Spanje traden conservatieve partijen toe tot de EVP en haar fractie: eerst het Griekse Néa Dimokratía en later de Spaanse Partido Popular. Drie jaar na de Europese verkiezingen van 1989 sloten de Britse en Deense conservatieve europarlementariërs zich aan bij de EVP-fractie, ondanks felle protesten van het CDA. De partij kon zich troosten met het nieuwe beginselprogramma dat de EVP In 1992 in Athene vaststelde. Dat droeg een duidelijk christendemocratisch karakter, mede door toedoen van Jos van Gennip, de directeur van het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA.Sticker CDA met "I love Europa"

Net als in 1979 kwam het CDA bij de Europese verkiezingen van 14 juni 1984 niet met een eigen programma, maar met het gemeenschappelijke EVP-manifest. Lijsttrekker was opnieuw Bouke Beumer. Het partijbestuur had hem unaniem voorgedragen, alhoewel hij tegenstander was van de stationering van kruisraketten – een zeer gevoelige kwestie binnen het CDA –, terwijl het EVP-programma plaatsing niet uitsloot. Beumer had toegezegd in de campagne het officiële CDA-standpunt uit te dragen. Het CDA verloor bij de verkiezingen twee zetels en kwam op acht van de 25 Nederlandse zetels uit, waarmee het een zetel kleiner werd dan de PvdA.

Beumer maakte in 1987 als voorzitter van de CDA-delegatie in het Europees Parlement (die weer onderdeel uitmaakt van de christendemocratische fractie) plaats voor Jean Penders, die hem ook zou opvolgen als lijsttrekker bij de Europese verkiezingen van 15 juni 1989. Het CDA maakte bij deze verkiezingen weer gebruik van het gezamenlijke EVP-programma. Op het verkiezingsaffiche stond het logo van de EVP, met in een smalle band de kleuren van de nationale vlag om aan te geven dat de Nederlandse identiteit binnen de EG niet teloor zou gaan. Het CDA legde in zijn campagne (met de leus ‘samen sterk voor Nederland in Europa’) de nadruk op het nationale element, omdat uit onderzoek zou zijn gebleken dat het wegvallen van de binnengrenzen met de aanstaande totstandkoming van de interne markt (in 1992) mensen onzeker maakte. Het CDA mocht op last van de rechter niet meer gebruikmaken van de afkorting EVP, omdat die eveneens door de in de Tweede Kamer zitting hebbende Evangelische Volkspartij werd gehanteerd. De verkiezingsuitslag was voor de Nederlandse christendemocraten een succes: met twee zetels winst werd het CDA weer de grootste partij.

 

Voorkant verkiezingsprogramma EVP 1989
Verkiezingsprogramma EVP 1989.
Affiche Europese verkiezingen 1989 met naam lijsttrekker Penders
Affiche EVP/CDA 1989.